Waarom ik schrijf..

De gedachte achter de wonderbaarlijke belevenis van het schrijven.

Waarom ik schrijf..

Woorden stromen als helder water in mijn gedachten. 

Vloeiend komen beekjes samen. 
Ideeën en gedachten springen als vissen uit het water om zich vervolgens weer even soepel in de juiste stroom terug te vinden.
Nooit verdwaald, nooit verloren, nooit alleen, maar daar waar thuis is.
Een veilig thuis voor de ontvanger en gever van dromen. 


Zou er een oorzaak zijn?
Misschien wel omdat gesproken woorden nooit genoeg lijken te zijn. Deze woorden brengen mij nooit datgene dat mijn gedachten voort lijken te willen brengen. Zal het ontvangen worden als mijn gedachten vervormt moeten worden naar de taal begrijpbaar voor elk ander?
Zal er nog geluisterd worden als ik die taal leer spreken. De taal die mij niet gemakkelijk aangeleerd lijkt te zijn.
Maar niks is minder waar als blijkt dat er oneindig veel woorden verloren gaan in de vertaling van mijn beleving. Zoveel woorden die nooit mijn lippen zullen verlaten als ik ze door de ruis van mijn omgeving heen moet dwingen. Wie zal horen wat ik wens te vertellen als ik enkel gehoord wordt als ik schreeuw.  











De stilte van het schrijven. 

Daar waar woorden zonder gedachten als schrift mogen verblijven.
Al schrijvende zullen de gedachten nooit het bewustzijn raken.
De keus om zo vloeiend mogelijk geschreven woorden terug te lezen blijkt een vrijblijvende beslissing te zijn. In chaos hoor ik gedachten zeggen.. schreeuw in je schrift en de stilte zal terugkeren.
Hoe onrustig de wateren ook zijn en hoe hard ik ook tegen de stroom in lijkt te zwemmen. De onrust zal enkel kalmeren als het gesust wordt met het stromen in de vingers. Verrast zal het zijn als het vloeien van de gedachten zich juist met de stroom mee lijken te voeren.  

En de stilte zich juist in stilte is gaan uitmondden.









Fantast-isch 

Geen belemmering in het denken. Een roos groeit spontaan in mijn beleving. Elke kleur, er is geen grens. Mijn hart gaat tekeer als een droom zich ontpopt tot een prachtige vlinder. Geen rupsje meer.. die tijd is voorbij.  Na een lange slaap keert het kleine wezentje terug als een prachtig fladderend wonder. Een wondertje zal je denken...
Maar zoveel meer als ik het denk. Als een ieder kon voelen wat ik voelde als dit kleine wondertje zich op mijn huid laat glijden. In alle pracht bevind zich daar de mogelijkheid om zich uit te spreidden over meer dan mijn intieme maar geweldige wereld. Hoe kan het toch dat mijn wereld zich zo gemakkelijk uitstrekt met het dansen van de vingers. 

De mogelijkheid is ontstaan om meer te zijn dan een slapende cocon. 









Ik

En dit is wie ik ben en altijd ben geweest. De dromer, de fantast, de schrijver. Mijn wereld is mijn speeltuin en het leven is mijn boek om te schrijven. Al heb het onderwerp misschien niet mogen kiezen en zelfs de hoofdstukken zijn grotendeels bepaald, ik mag mijn best doen om er wat moois van te maken. Om het van voor naar achteren op te vullen en het boek zo dik te maken als ik zelf maar wil. En ik wil en ga meer doen dan verlangend op het bankje in deze speeltuin te zitten. Verlangend en hopend op een kans om mee te mogen spelen. Nee, toekijken bestaat niet meer, geen spijt door verloren kansen. Dit is mijn kans om te spelen, me helemaal uit te leven. Dit is mijn kans om weer even vrij als een jong kind te zijn..  en geen speeltoestel zal aan mijn aandacht ontkomen. Op de schommel, van de glijbaan, in de zandbak en zelfs als een aapje aan het klimrek.. 



© River